Basiscontract in handel, horeca en gezondheids- en welzijnszorg

De invoering van het basiscontract zal vooral impact hebben op de sectoren handel, horeca en gezondheids- en welzijnszorg. In die sectoren wordt namelijk het meest met oproepkrachten gewerkt. 

Deze werknemers zullen geen oproepcontract of nulurencontract meer krijgen maar een basiscontract, een contract dat een minimale werkgarantie in uren biedt. 

Goed om te weten: het basiscontract gaat ook gelden voor seizoenswerkers.

Meer over het verbod op het nulurencontract

Oproepcontract nog bij bijbaan te gebruiken 

De groep die uitgezonderd is: studenten en scholieren. Zij mogen nog steeds aan het werk met een oproepcontract.

Die uitzondering voor studenten en scholieren is omdat hun hoofdactiviteit niet hun werk is, maar hun opleiding. Zolang er sprake is van een bijbaan, mogen ze blijven werken met een oproepcontract. Ze besteden dan niet meer dan gemiddeld (over het jaar genomen) 16 uur per week aan hun werk.

Flexibiliteit fijn voor jongeren

De minister geeft aan dat jongeren de flexibiliteit van een oproepcontract meestal prettig vinden. Deze flexibiliteit maakt het makkelijker om het werk rond tentamens en vakanties heen te plannen.

Keuzevrijheid werkgever

Bij scholieren en studenten met een bijbaan hebben werkgevers keuzevrijheid: als de nieuwe wet ingegaan is mogen ze een oproepcontract aanbieden, maar ze mogen ook een basiscontract of een ‘normaal’ contract aanbieden.

Andere werknemers mogen volgens het voorstel geen oproepcontract meer krijgen, omdat dit contract plaatsmaakt voor het basiscontract.

Invoering nieuwe regels

De nieuwe regels rondom het basiscontract maken deel uit van een heel arbeidsmarktpakket. De planning is dat de nieuwe wetgeving begin 2024 aan de Tweede Kamer wordt aangeboden en op 1 januari 2025 in het Staatsblad verschijnt.

Lees hier de Kamervragen over het basiscontract